Auteur & kunstenaar

Andere werkelijkheid – schrijven (3)

hart Ali Kolman, 1998

Al weken schrijf ik niet. Ik schrijf niet aan mijn volgende roman, ik schrijf geen blogs. Het is geen writersblock, het is indalen in mijzelf. Ik doe dat niet willens en wetens, niet in yogazit en ook niet met gesloten ogen. Iets trekt mij het huis uit en buiten voel ik mij. Fietsend door weer en wind, omringd door glooiend landschap met bossen en weiden en dorpen voel ik mij ‘domweg gelukkig’. Op mijn hurken in de tuin zie ik dode takken aan de hortensia’s en knip ze af. Door gebrek aan water in de vorige zomer zijn er veel dode takken. Ik snoei blaren in mijn handen, terwijl mijn witte kippen, Renske-de-renner en Rafel-met-rafelstaart, om me heen scharrelen en Lukkie naast me zit, voel ik me ‘domweg gelukkig’. En dan komt het missen. Ik mis mijn moeder. Ik mis haar stem, haar humor, haar leven, haar liefde en aandacht. Ik mis haar.
Na drie jaar.

De eerste maanden dat ze bij mij woonde, vond ik te moeilijk voor mij. Wat zou ik die jaren nu graag overdoen. Ik zou het anders doen. Ik zou minder met mezelf bezig zijn en meer met haar. Maar ja, dat kon ik toen nog niet.

Door de Parkinson was ze zo afhankelijk geworden dat ze niet alleen kon zijn. Ze struikelde over haar eigen voeten en had griezelige hallucinaties. Ze zag onthoofde mensen langs haar raam gaan en zag kinderen bungelen aan touwen in de boom voor haar nieuwe venster. Er moest iemand bij haar zijn en die iemand was ik. De tekenlessen die ik net was gaan geven in mijn atelier aan huis, moesten stoppen, want ik moest bij haar zijn. We verhuurden mijn atelier en dat bracht gelijk meer op. Tsja.

Daar zat ik aan tafel met mijn moeder. Wat ik ook vertelde, ze gaf geen reactie. De koffie die ze altijd zo graag dronk, lekte langs haar kin en maakte vlekken op haar truitje, dat ik moest wassen. Het broodje dat ik voor haar smeerde, kreeg ze amper in haar mond. Ze kon niet zelf naar het toilet. Ik moest haar billen vegen. Haar poep stonk verschrikkelijk van de medicijnen. Aanvankelijk moest ik ervan braken. Dat werd overgeven, een woord waar alles inzit wat ik leren moest.

Wat gebeurde, ging traag en was saai. Mijn avontuurlijke leven was ineens doodsaai en zou dat blijven tot haar dood. Dit was zo’n verschrikkelijke gedachte, dat ik hem niet durfde denken. Ik was verantwoordelijk voor mijn moeder tot haar dood. Dat kon net door de beugel.

Mijn leven draaide om haar en dan vooral om wat er inging en eruit kwam. Medicijnen, eten, drinken, poepen, piesen. Dat was het wel zo’n beetje en dat vulde de hele dag. Krijg een verstard oud vrouwtje maar eens van haar stoel getild, slepend naar het toilet en dan de broek uit terwijl ze bovenop je rug hangt en dan op de bril en ga zo maar door. Ik had de leerschool van het gezin gemist, nooit kinderen gebaard, nooit billen geveegd.

Na een poosje werd ik wat handiger in het manoeuvreren van haar en zij werd wat meegaander, al bleef ze kopjes thee wegsmijten, slaan en bijten. Ik was de aangewezen persoon om haar frustratie op bot te vieren en dat zou een paar maanden aanhouden.
Ik kreeg haar aan het schilderen. Ik zette haar gewoon op een stoel voor haar ezel, doek erop, verf op haar palet, kwast in haar hand en… ze begon! Zo sterk zat dat in haar lichaamsbewustzijn, want dat is het rare, het lichaam onthoudt alles. Als de kwast op de grond hing en ze de vloer begon te verven, was het tijd om op te houden. Dan gingen we op enige afstand kijken naar haar werk, zoals zij mij dat geleerd had, ooit. Dan keken we en vielen haar ogen dicht, want dat doet Parkinson als je er niets aan doet: het sluit de ogen en niet alleen van de patiënt. Het moment dat ik haar vroeg wat zij in haar werk zag, klapten ze open, want ‘Haar Werk’ resoneerde zo diep dat het de opgevreten hersenen te buiten ging. Dan keek ze en mompelde iets onverstaanbaars dat ik gaandeweg leerde decoderen.

het gevecht
Ali Kolman

 

 

Ze zag oorlogstaferelen, soldaten, geweren, doden en hekken. Die hekken drongen zich op. Er kwamen er steeds meer. Ze drukte haar innerlijk gevecht uit, haar gevangenschap, haar opgesloten ziel, gevangen achter ondoordringbare hekken. Gaandeweg leerde ik in gesprek met haar binnenste te komen door vragen te stellen over haar schilderijen, wat zij daar zelf in zag.

 

 

 

 

het gevecht
Ali Kolman

 

 

‘Waar zie je dat hek, Aal?’
Hand in hand lopen we naar haar schilderij. Als we ervoor staan, zwalken haar ogen onrustig over haar schildersdoek.
‘Nu is het weg.’

 

 

 

 

 

Ze staart naar buiten.
‘Daar staat een hele grote kerel.’
Ik hurk en houd mijn hoofd naast haar hoofd om haar blikrichting te vinden. Zwiepende takken, nergens een grote kerel.
‘Wat heeft hij voor kleren aan?’
‘Een stenen jas.’
Ik kijk door haar ogen. Achter de zwiepende takken is een bakstenenhuis met een puntdak met twee ramen.
‘Heeft hij glimmende epauletten?’ (moeilijke woorden zijn geen probleem)
‘JAAA!’
En dan: ‘Jij begrijpt mij.’

Voor haar die haar hele leven vertelde, was het gebrek aan communicatie het allerergst. En dat ze niets meer kon. Nog geen stukje papier afknippen. De eerste keer dat het niet ging, smeet ze de schaar van zich af, ik kon hem amper ontwijken, want kracht had ze, maar ze kon er niets meer mee. En dat deed pijn. Haar en mij.

Met een brok in mijn keel vraag ik wat ze nog wel kan.
‘Horen… zien…’
‘Dat kun je zeker Aal, nu misschien nog beter dan vroeger.’
Ze kijkt me aan. Ik voel dat ze me echt ziet. Voor het eerst sinds lang.
‘Jij ziet dingen die niemand ziet,’ ze staart in mijn ziel met een grote glimlach, ‘en je ziet heel bijzondere dingen van mensen.’
Ze glimlacht nog breder met haar tandeloze mond.

Nu ik het opschrijf springen de tranen in mijn ogen.
Misschien is waar schrijverschap het oplichten van het geheel door het ene detail. Misschien maakt het juiste detail het verhaal echt.

 

 

Deel dit bericht:

Eva Terra Incognita

Eva Terra Incognita
Te bestellen bij de boekhandel

Sophie - Genius Loci

Sophie - Genius Loci
Te bestellen bij de boekhandel

58 reacties

  1. Ha Anne, duidelijk géén writersblock, dus. Geen fictie toch, dit verzin je niet. Wat een ontroerende helderheid.

  2. Je hele verhaal ademt Aal Kolman…je moeder en je kind , op latere leeftijd. De rollen omgedraaid. Hoe pijnlijk, voor haar en jou. Je deed je uiterste best, tot je er ahw bij neerviel. Vanmorgen las ik dat dat de meesters zeggen, dat als je die nederigste taak goed hebt volbracht, je dharma….je hard hebt gewerkt aan je karma. Veel liefs van ank en geloof het of niet…10 minuten geleden had ik haar afscheidskaart toevallig? …nog in mijn hand en kijk nu naar haar brede lach.

    1. wat bijzonder Ank; wat zou het mooi zijn als ik echt gewerkt heb aan mijn karma… daar heb ik nooit bij stilgestaan of zelfs maar 1 seconde aan gedacht ~ en hoe wonderlijk dat je haar afscheidskaart nu net in je handen nam… dank dank X

    1. dag Jan Wilde een Tuin, ja, jij zult zeker tot jouw innerlijk aangetrokken worden in je tuin, die zo’n wonderschone expressie daarvan is

    1. ach Marcelle, jij weet wat ik zie en voel, jij kwam als geroepen in ons leven en wist Aal aan te spreken op haar taal – je zong en sprak met haar en gaf haar stem nieuw geluid en je leerde haar weer slikken – wat een zegen was dat… kus X

  3. Lieve Anne. Ik miste je op Monique haar feestje, afgelopen zaterdag. Totdat ik je blog las. En ik begrijp het volkomen. Ook ik ben nog vaak met m’n moeder bezig, (die zelf ‘n eind aan haar leven heeft gemaakt toen ze het niet meer aan kon). Ik stond ook tenslotte met lege handen en ‘n gevoel van: had ik het maar anders gedaan. Jij hebt je best gedaan. Meer kon niet. Heel veel liefs.

    1. dank voor je openheid, Miep en voor je liefdevolle begrip van mij. weet je, ik ben echt van alles aan het verteren en begin te begrijpen waarom ik al een maand ‘hannes’ met maagpijn en door een ongelukkig toeval kreeg ik ook nog een ongelukje waarbij ik wederom gekneusde ribben opliep, ditmaal rond mijn hart. en toch, of juist nu voel ik me zo thuis. ik vind het wel erg jammer dat ik het feest van Monique heb gemist… echt wel

      1. Snap ik toch… Je kunt niet alles! Je wilt het wel maar dat gaat gewoon niet. We ontmoeten elkaar zeker weer ‘n keer!! (emoji hartje hartje) !

  4. De eerste keer voorjaar in je nieuwe omgeving zal ook meewerken aan een nieuw gevoel! En mijn ervaring heeft me ook geleerd dat het echte missen pas na jaren komt, dat zal zich op vreemde momenten voordoen. Geniet van die momenten, de signalen met Kerst waren de voortekenen dat er verandering aan zat te komen. Je zal merken, dat haar ziek-zijn periode steeds meer gaat vervagen en je haar weer kunt zien zoals ze daarvoor was, maar dan nog scherper!
    Liefs van Corry

    1. wat lees jij mij aandachtig, Corry, dat je weet wat ik met Kerst meemaakte en de koppeling ziet met nu. ik vind het ook fijn dat je me laat weten dat bij jou het echte missen ook pas na jaren kwam. het vreemde is namelijk dat ik mijn vader het ergst miste het jaar na zijn dood, daarna verzachtte het en sindsdien voel ik hem in de natuur. met mijn moeder was de band dagelijkser, ik heb haar veel meer meegemaakt in directe omgang doorheen mijn hele leven. ik heb haar nog nooit zolang niet gezien – het is nu lang genoeg geweest, kom nu maar terug – dat gevoel. fijn dat je me het perspectief biedt van het zien hoe ze was voor haar ziekte, en dan nog scherper! dankjewel X

      1. Ik vermoed dat jouw vader vrij plotseling is overleden. Wellicht heb je het ooit beschreven, die herinnering haal ik niet boven. Maar er is een groot verschil in rouw na een (relatieve) plotsdood dan na een ziekbed. Het verwerken van een ziekbed vraagt veel tijd omdat het zo intens is en dat jezelf ook moet herstellen van een slopende periode, zowel lichamelijk als geestelijk.

        1. dank je Corry, je inspireert me tot nieuwe gedachten; het plotselinge zit erin dat mijn vader ‘plotseling’ kanker had – vier jaar later ging hij eraan dood; ik wist het vanaf het moment dat hij me vertelde wat hij had – de rouw begon toen misschien al, en hield aan tot een jaar nadat hij echt dood was – in dat jaar heb ik een mysterieus boek geschreven ‘reis door de nacht’ met pentekeningen, dromen en gedichten – in de zes jaar dat mijn moeder bij ons woonde, schreef ik Sophie en Eva, wonderlijk toch

  5. Ach Anne wat een ontroerende reflectie.
    Buiten kom je bij jezelf terug of misschien wel eindelijk bij jezelf.
    Jij na drie jaar, ik na twintig jaar, hoe is het mogelijk zolang wegkruipen voor jezelf.

    1. … zolang wegkruipen voor jezelf, wat een sterk beeld is dat, Dimph, om bij stil te staan, of er in de tuin of op de fiets over te mijmeren, dankjewel X

  6. Nu ik jou lees, springen mij de tranen in mijn ogen. Belangrijke episodes moeten vaak telkens opnieuw doorleefd worden. En dit was en is nog steeds, héél belangrijk.
    Wat een zegen dat je de gave van schrijven hebt. Onder andere.

    1. ja, ze komen telkens terug in telkens andere gedaante en bieden telkens ander perspectief, fijn dat jij dit kent en herkent, Athy – en wat helpt schrijven ons hè X

  7. Lieve Anne, ik miste je al. Nu snap ik het.
    ik schaamde me dat ik mijn vader en moeder zo mis. Maar nu ik jou lees weet ik dat ik ze mag missen. In mijn tijd van zorgen en poep wegvegen en met een boze moeder omgaan ben ik gaan schrijven. Dat hielp. Nu jij even niet schrijven. Dat helpt. En weet dat ik aan je denk. Veel liefs

    1. Dat je mij miste, dat kan dus ook nog… en je beide ouders, zo kort na elkaar, en de poes ook nog… ik snap het zo, dankjewel lieve Klaske

  8. Wat is je kijk weer diep en scherp, wat heb je heerlijke mensen om je heen. Je dekentje is opgetild en je voelt en ruikt en ziet en hoort veel meer dan ooit. Geniet van de smaken van buiten en ik lief je

  9. Jij had geen “writers block”, en ik geen leeswoede. Ik vind wat je hier opschrijft zo intens ontroerend en getuigen van een opmerkelijk inzicht. De tranen liepen over mijn wangen. Je bent zo lief en enthousiasmerend. Ik voelde dat eigenlijk als kind al dat je heel bijzonder was.

    1. van alle mensen die mij kennen, ken jij mij het langst, Kees (behalve mijn broer en tante Greet, de zus van mijn vader) wat jij hier uit je hart laat opwellen, voelt als woorden van Aal, die kwamen van dezelfde plek ~ dankjewel

  10. Met ontroering gelezen Anne….. Ik voel je gemis, zoals mijn gemis na vele jaren niet minder is geworden. Met één groot verschil; ik heb mijn moeder maar 9 jaar meegemaakt en mijn herinneringen aan haar zijn slechts flarden. Dat maakt het gemis ongrijpbaar.

  11. Begin maart koppelde ik mijn computer los. Alles moest aan de kant vanwege hoognodig schilderwerk en zo. Jouw stukje van 1 maart moet één van de laatsten geweest zijn die ik las. Sinds een uur werkt mijn pc weer. Dit prachtige en ontroerende verhaal was het eerste dat ik nu weer las. Het moet zo zijn, denk ik maar.

  12. ontroerend je innerlijke voelen te lezen…Liefde , wat is ze tot veel in staat …ja , dat missen op tijden komt zich telkens melden 😉

  13. Lieve Anne,

    Zo begrijpelijk dat een ziekbed er zo inhakt. Daar moet je dwars doorheen. Daarna zie je wie ze voor haar ziek-zijn was. Ik bemerkte het gisteren, kwam een apart fotoboekje tegen, met foto’s van mijn kind. Wat ging het daar slecht met hem. Zo herinner ik hem niet meer. Ik weet het alleen nog en dat is genoeg. Nu dan, na al die jaren. Neem je tijd om in jezelf te zijn. Geniet van je kippenmeisjes en geniet ook van het kleurrijke werk van je moeder. Van wat jij voor haar betekende. Toen werd je leven steeds kleiner, alleen je moeder en de zorg. Ik herken het zo. Nog steeds heb ik momenten in mijn binnenwereld nodig en dat creeert weer ruimte. Ook al hoor je mij niet, ik ben er wel. Dank je wel voor het mogen meelezen. <3

  14. Jouw gemis en jouw verdriet brengt in volle kracht het mijne aan de oppervlakte Anne. Mooi geschreven. Ik ga even uithuilen. Lieve groeten uit Tiel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *