In 1989 overleed mijn vader. Een jaar lang was ik in rouw. Ik droomde bijna elke nacht een wonderlijke droom. Deze dromen ving ik in gedichten, maar dat was niet genoeg. Ik wilde ze tekenen, maar kleur was teveel. Op een dag pakte ik een zwarte pen en begon stipjes te zetten. Stip voor stip kwam ik in een ander bewustzijn en regende de droomwereld op het papier. Na een jaar had ik een reis gemaakt door de nacht. Uit deze periode stamt mijn liefde voor pentekenen.
Hier kun je een aantal bekijken.