Een Duitse arts vergeleek onlangs onze omgang met de mobiele telefoon met het verkeren in een permanente staat van alarm; je kunt het ”nu” niet meer werkelijk beleven, omdat het elk moment onderbroken kan worden door “iets belangrijkers”. Zo was ons nu aan het Wijkse strand definitief verbroken door de belangrijke mededeling dat ergens in het Noorden van het land boontjes opstonden. Ik moet even op adem komen. In gedachten zie ik een dampende schaal met de onverbiddelijk verpieterende boontjes. Er is geen formule denkbaar waarmee de afstand Wijk bij Duurstede – Boontjes zelfs maar binnen twee uren overbrugd zou kunnen worden.
We moeten alle zeilen bijzetten om de uit onze vingers gerukte draad weer op te pakken. Maar het lukt! En zo zitten we daarna in de auto met het tevreden gevoel dit programma-onderdeel, in feite het enige geplande, naar behoren te hebben volbracht. Ik vraag me af hoe het contact hierna zal zijn. Alles is nu anders. Maanden had je met iemand een pure gedachtenuitwisseling, zelfs zonder stem of handschrift, en nu is er een gestalte, een gebaar en een klank.
Ik neem me voor om straks nog even rustig haar gezicht in me op te nemen. Maar de tijd neemt het van ons over, een trein die gehaald wil worden, verkeersdrukte en de eeuwige verbouwingen. Het parkeerterrein boven bij het station van Utrecht is er niet meer en het is een raadsel hoe en waar je hier iemand kunt laten uitstappen. Bij rood dan maar. Het past net, maar het is niet passend. Ik raak nog even haar achterhoofd aan en weg is Anne, tot mijn verbazing onmiddellijk aan het gezicht onttrokken, opgeslokt door de Groene Waterman.
We moeten alle zeilen bijzetten om de uit onze vingers gerukte draad weer op te pakken. Maar het lukt! En zo zitten we daarna in de auto met het tevreden gevoel dit programma-onderdeel, in feite het enige geplande, naar behoren te hebben volbracht. Ik vraag me af hoe het contact hierna zal zijn. Alles is nu anders. Maanden had je met iemand een pure gedachtenuitwisseling, zelfs zonder stem of handschrift, en nu is er een gestalte, een gebaar en een klank.
Ik neem me voor om straks nog even rustig haar gezicht in me op te nemen. Maar de tijd neemt het van ons over, een trein die gehaald wil worden, verkeersdrukte en de eeuwige verbouwingen. Het parkeerterrein boven bij het station van Utrecht is er niet meer en het is een raadsel hoe en waar je hier iemand kunt laten uitstappen. Bij rood dan maar. Het past net, maar het is niet passend. Ik raak nog even haar achterhoofd aan en weg is Anne, tot mijn verbazing onmiddellijk aan het gezicht onttrokken, opgeslokt door de Groene Waterman.
4 reacties
En toch was het allemaal heel leuk om deze ontmoeting mee te beleven. En dan nog twee nachtjes slapen en dan wordt onze nieuwsgierigheid bevredigd met Het Eerste Hoofdstuk. Als Anne dan nog durft.
Wat heb jij nou ineens, Kees? Toch wel leuk? Dat toch kan wel weg, toch?
En dan mij een beetje uitdagen met mijn eerste hoofdstuk, mijn moed een beetje beproeven.
Ik haal gauw mijn moeder erbij, en andere Kees, en de poezen en Pietro en Pedro, zo heten ze echt en, en, ….. zoek maar waar je het zoeken moet….
Misverstand? Ik dacht echt dat je een stukje boek wilde onthullen, ben ik nou een beetje dom? Maar je mag het weg halen Anne.
Nee hoor, jij klapt maar lekker uit de school, Kees, doe ik ook, en dat onder Arnolds stuk… die toch al vind dat ik een openbare ziel heb en er niks van snapt dat hij nauwelijks reacties krijgt op zijn openbaringen – om maar even wat te openbaren.
Kees, ik haal niks weg, maaruh, dat had ik je via de mail gevraagd, of dat leuk zou zijn, het was nog een totale verrassing voor alle andere bloglezers, maar beurt is beurt.
Soms/vaak/altijd is het moeilijk/handig mail en blog enigszins uit elkaar te houden – fijne Paas!