Auteur & kunstenaar

Uit de kast

Het overkomt me niet vaak dat cirkels van verleden mijn blog binnendrijven. Het labyrint begon met Reinjan Mulder, het interview over de mislukkingen van het Tiels Gymnasium, ging de bocht om met Chris van Estrik die er een boek over schreef en de volgende bocht met Arnold Sandhaus die mijn ‘Sophie’ las, waarop we onze tour door de Betuwe maakten en belandden bij John van Buren, waarna de weg verder gaat met het blog van Kees Versluis, ‘Oude Bekende’ (21 september) waar nu een reactie onderstaat van Hanny met achternamen die mijn hart doen overslaan: Andernach en van den Bergh.
 
Bij alle onderwerpen waar Arnold en ik hartstochtelijk over filosofeerden, onze eerste liefdes al dan niet beantwoord, het dansen en verlangen en de eerste vluchtige aanraking, bleef één vraag akelig onbeantwoord ‘hoe kon Joop Andernach zo jong sterven en waarom ligt hij in zo’n klein graf.’
Arnold kende hem door de muziek, hij zat zelf in een band met John en Berry van Buren en ik kende Jopie omdat hij achter me zat in de tweede klas van de lagere school, het knappend vuur van de kachel pal naast onze benen. Jopie was een mooie jongen met kuiltjes in zijn roze wangen en van dat dichte, lichte haar. Op een keer was hij naar de kapper geweest, model bloempot, en moest ik telkens achterom kijken of het Jopie nog wel was.
Toen Arnold en ik en route waren, bleken we allebei van het soort dat de weg volgt die ontrolt, zoals je kunt lezen in de blogs over de Betuwe en Genius Loci. We kwamen bij John al gauw te spreken over Joop Andernach en de tragiek van zijn onverwachte dood die heel Tiel beroerde. Eenmaal terug in de auto was het Arnold die stil hield bij een bloemenwinkel. Afijn, dat heb je al gelezen.
Belt gisteren mijn broer Marco en meteen staat Joop weer voor de geest. Marco was roadie bij Timber, de sjouwer van alle gewichtige zaken en  misschien ook wel de chauffeur. Ze oefenden in dezelfde kelder waar Joop oefende en waar Joop zijn drumstel had staan. Een kei van een drumstel, waar Albert Spee, de drummer van Timber dolgraag op zou slaan. Zijn eigen drumstel was goedkoper en minder. Op eem keer was Joop er niet en zijn drumstel blonk zo mooi dat het wel leek te roepen. Albert kon zich niet inhouden. Hij ging zitten en begon te drummen dat de vellen bijna knapten. Hij drumde zichzelf tot ongekende hoogte. Staat Joop daar ineens. Albert schrok zich kapot en schaamde zich rot en wist niet hoe hij zichzelf kon verklaren. Zei Joop met die gemoedereerdheid van hem ‘Ah joh, ga lekker door, klonk goed.’

Onder het blog van de ‘Oude bekende’ staat Hanny Andernach van den Berg. ze verelt over Tiel, Flipje en jam, heel Tiel leeft op – de fruitgeuren, de vuilnisbelt, en ook hoor ik de scheepshoorns weer… En dan ineens het diepste geheim uit mijn jeugd, wat niemand wist. 

Anne wat leuk dat Ton een jeugdvriend van je was. Had hem je liefde verklaard dan had ik je wellicht ook ontmoet. Ik kan me wel voorstellen dat je verliefd op hem was. Het is mijn eigen broer maar wat een stuk was het vroeger! De tijd lijkt weinig vat op hem te krijgen. Hij ziet er nog immer zeer mooi en gezond uit uit. Nog belangrijker is wel dat het goed met hem gaat. Na zijn Gymnasiumtijd is hij Sociale Psychologie gaan studeren en woont nu in de binnenstad van Leiden. Ik zal hem je groeten overbrengen en hem ook zeker het adres van je website laten weten.

Ik denk niet dat Ton ook maar enig licht op zal gaan bij het horen van mijn naam. Ik was zo groen als gras en jaren jonger dan hij, Ton van de Bergh, wiens naam alleen al mij deed blozen. Hij was zo verschrikkelijk knap! Op een keer deelde hij samenmet een andere jongen, in mijn ogen mannen, het schoolblad uit, de Pnyx (=nyx) op de trappen voor het gymnasium. Het was na de pauze en ik bloosde al in het park er tegenover waar wij pauze hadden, bij de boom met de verboden vruchten, de taxus met de rode bessen waarvan je wel het vlees maar niet de pit mocht eten op straffe van de dood. Ik treuzelde om mijn bloed de kans te geven af te koelen, maar ik zorgde er wel voor dat ik het schoolblad uit Ton zijn handen kreeg – heel even hadden we allebei dat blaadje vast, verbonden door wit karton met een zwarte vaas erop getekend. Hij hield het vast aan de kant van deze zwarte vaas. Thuis heb ik zijn vingerafdrukken afgelikt en in mijn hart geprent.
Met bonkend hart fietste ik elke dag langs de bakkerij van bakker van den Bergh en als er boven een gordijn half open was, dacht ik dat Ton daarachter aan het opstaan was, of als ik ‘s avonds naar gymnastiek ging, dat hij daar huiswerk zat te maken. Op een keer zag ik hem naast de V&D , mijn hart sloeg over van de onverwachte plek, de onvermijdelijke ontmoeting. Hij stond daar bij het fietsenrek, zijn achterste haast op het stuur van mijn geparkeerde fiets. Toen zag ik dat hij met een donker meisje was, en brak mijn hart. Ik hield mijn adem in, mijn ogen droog en trok de fiets onder mijn illusie weg.
Wie weet hoe verliefd Ton op mij geworden was, als ik niet zo groen was geweest. zo gesloten als een oester, als hij de parel had gezien. Dan was mijn leven anders gelopen, had ik de foute mannen wellicht ontlopen – en de goede ook.

 P.S. Diepste geheimen naar annavellinga@yahoo.nl 🙂

Deel dit bericht:

Eva Terra Incognita

Eva Terra Incognita
Te bestellen bij de boekhandel

Sophie - Genius Loci

Sophie - Genius Loci
Te bestellen bij de boekhandel

8 reacties

  1. Lieve Anne,

    het groene is toch juist ontroerend? Veel ‘groene’ mensen die ik ken zijn later, nu dus, veel interessanter dan de ‘vroegrijpe’ mensen. Je zult je er nog wel een paar herinneren uit onze klas. Ik noem geen namen. Ik merk nu dat ik het allerbelangrijkste toch op de Lagere School heb geleerd door bezielde mensen. Goed Nederlands. Rekentrucs. Liefde voor de natuur. Wel heb ik een hekel aan een dwarsfluit gekregen, je mag raden door wie. Klas vijf. Jouw laatste alinea is bijzonder, want veel mensen vragen zich dat af. Hoe zou het leven gelopen zijn met die Grote Liefde? Zelfs foute mannen hebben een bedoeling denk ik. Ik hoor weinig over foute vrouwen. Zijn ze in de minderheid?

  2. A ls ik dan, toen, zo en niet zus had gedaan….. Je zult het nooit weten. Fantaseren kan, verontrusten kan het ook of zelfs frustreren. Rationaliseren ook, het maakt allemaal niets uit, doe nuchter.

  3. Hallo Anne

    Je hebt het toch niet over Jopie Andernach, de jongere broer van Arie???
    Woonde in de Lokstraat 27, ik weet het nog zo goed.
    Is lang geleden.
    En wat ik hier gelezen heb is prachtig geschreven!!!

    Groetjes,
    Riki.

    1. Ha Riki,ja die bedoel ik vast. Ik weet wel ongeveer waar Jopie woonde, maar niet hoe die straat heette, maar Lokstraat komt mij zeer bekend voor! Ik weet ook niet zeker of zijn broer Arie heet… maar daar is achter te komen via de vrouw die getrouwd is met de broer van Jopie, maar ik weet eerlijk gezegd zijn naam niet…. maarrr, zij leest mijn blog trouw en zal de opheldering vast verschaffen.
      Erg leuk dat je me gevonden hebt en reageert, anders had ik nooit geweten dat je me gevonden hebt. Lieve groeten van Anne

  4. Hallo Anne

    Waar ik vaak aan denk….het overlijden van Jopie beroerde heel Tiel.
    Hoe is hij overleden???

    Knufffies!!!
    Riki.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *