Volgens het journaal sneeuwt het in het hele land. Nou, hier dus niet. Treinen hebben vertraging vanwege de sneeuw. Vriendin zou er half elf zijn, is er pas om 11 uur als de appeltaart verbrandt in de oven. Vanwege de sneeuw. Ik geloof dat dan ook nog. Stuur vriendin voor het avondeten weg, om half vijf al, vanwege de sneeuw. Straks rijdt die trein niet. Ik ben onderhand ook uitgepraat, geen zin in koken, dus dat wordt soep. Geen gewone soep, maar soep van oude bieten die smeken om gegeten te worden. Onder het fijnsnijden kijk ik naar buiten. Daar is een roodborstje in de weer met een verdroogde broodkorst, een taaie korst, taai als een bietenschil. Hij krijgt er amper wat brood af. De synchroniciteit is weer eens treffend. Hij met korst, ik met stronken en bonken wortel, ui, aardappel, prei, gember, knoflook, alle ouwe troep kan in de bietensoep. Het is namelijk een oud Pools recept en wat die Polen allemaal in de soep doen, nou, dan heb je zelfs in de hongerwinter in oorlogstijd nog een pan vol.
Het wordt hoe langer hoe meer tot ik een immense pan vol gloeiende soep heb. Dat krijgen wij vanavond niet op en mijn vriendin is al opgeslokt door een sneeuwstorm verderop ergens. Zo’n soep kun je goed invriezen, maar dan moet hij eerst afkoelen. De pan is te groot voor de koelkast en dat kost me ook teveel energie. Wij willen onder de econorm blijven, zodat onze windaandelen de energie dekken. Een hele puzzel, zeg maar cryptogram, met twee aanleunende hippies die gespeend zijn van enig ecologisch benul, al wrijf je het er met zoutzuur in. Zij zijn van het paradijselijk leven en zetten naast houtkachel en CV ook nog een elektrisch kacheltje op 24 graden onder het open raam, want de paradijspoezen moeten er elk moment uitkunnen en ook weer in en je gaat zelf niet opstaan van je paradijselijke sofa. Ik moet alle zeilen bijzetten om onze voetstap op aarde binnen de perken te houden. Mijn giga pan soep gaat dus naar buiten om af te koelen.
Eenmaal buiten valt op dat er helemaal geen sneeuw ligt, ook niet valt en ook niet gaat vallen, geen sneeuwvlok aan de lucht. Dit klopt niet met het journaal. Ik doe de deksel van de pan, zodat de hitte eruit kan. Mijn kooktaak zit erop, ik ga mijn tijd besteden aan een onderzoek op facebook. Of het ergens sneeuwt en zo ja, waar. Al gauw wordt gereageerd vanuit de Ooij, Den Haag, Amsterdam, Usquert, Rotterdam, ZO Drenthe, Arnhem en Londen. Nergens sneeuw. Dank voor de medewerking. Tiktiktik. Oorverdovend. Welke onverlaat haalt mij op dit uur van de dag met zijn getik van mijn onderzoek af?
Bij de achterdeur is geen mens, geen hond te zien. Maar… bij mijn stomende pan gebeurt het. Een roodborstje vliegt tegen de pan op, keer op keer als een jojo aan elastiek. Is hij bind? High? Stoned? Getikt? Wie vliegt er nou keihard tegen een kokende pan. Tiktiktik. Nou is het wel zo dat die pan glimt of ik hem elke dag met zilverpoets behandel. Het roodborstje ziet zichzelf in de pan. Hij kijkt niet of zijn rooie veren goed zitten, hij is geen Narcissus bij de vijver, hij ziet zijn spiegelbeeld aan voor de vijand, een verschijnsel waar veel vijandige lieden in verre landen last van hebben zonder soeppan. Keihard vliegt roodborst op zijn tegenstander af. Die vliegt met dezelfde vaart op hem af. Tik! Boink! Hij spreidt nu zijn vleugels om te imponeren. Die in de pan doet hetzelfde. Roodborst kookt van de adrenaline en gaat er keihard tegenan. Tok! Ik vrees voor zijn snavel, ik vrees voor zijn leven. Daar valt hij achterover op tafel. Ook zijn alterego valt achteruit, dieper de pan in. Kortstondig. Daar krabbelen de kemphanen overeind, enigszins beduusd vliegen ze op en nogmaals knalt roodborst tegen de staalharde snavel in de pan. Tik! De inpandige indringer laat zich niet verjagen. Roodborst verandert van strategie en begint als een razend vliegwiel rond de pan te vliegen.
Zijn spiegelbeeld vliegt keihard mee. Aan alle kanten tikt roodborst tegen dat rottige roodborstje in de binnenbocht, die net zo hard vliegt en net zo hard tikt.
Een ding is duidelijk. Dat liedje klopt niet. Geloof je je hele leven dat een roodborstje tikt om erin gelaten te worden. Leugens. Roodborstje wil er niet in. Het is niet roodborstje tik, het is roodborstje pik. Hij pikt net zolang tot de indringer dood is of hij. Ik haal de soeppan naar binnen. Liedjes liegen, weermannen en spoormannen sporen niet en roodborstjes zijn getikt.
8 reacties
Tja… roodborstjes zijn niet zo lief als ze eruit zien!
Mooi geschreven weer.
Lieve Anne,
bij TNO stond een verchroomde benzinepomp op het terrein. Mijn buurman werkt daar. Hij zag een fazantenhaan hetzelfde doen als jouw roodborstje, tot hij er zo wat dood bij neerviel. Dan de ekster, dat is volgens mij de slimste vogel. Die weet dat hij in een spiegel kijkt. Omdat ik de achtegrond van de hippies nu weet kan ik me er een voorstelling van maken hoe het er aan toe gaat. Zij hebben nooit van een econorm gehoord. Zoutzuur. Ik voel het gewoon.
Tenslotte ben ik het eens met jouw conclusie dat het roodborste niet tikt om er in te willen en ben ook ik van mijn geloof af. En dat in deze tijd waarin de chocolade paaseiren al klaar staan.
Prachtig en vermakelijk geschreven, vooral voor de goede verstaander.
Liefs
Leuk leuk! * *
Er staat jortstondig maar zelfs dat is dartel! * *
Op mijn weblog sneeuwt het maar ik zit nog even op slot…..
Vrolijke groet! * * *
* * *** *
hierbij wat vlokjes……
* *
* *
wat * heb je dat jolijtig en aanstekelijk gedaan Annet, eindelijk sneeuw***
* En ik heb het toch veranderd, als je het eenmaal ziet, stoort het als een rotte appel*
*
* *
Rood Borstje Tikt tegen het Raam.. U weet wat Toon Hermans daar van maakte.. Vader gaat op stap .. Kwam ook een Rood Borstje tegen..
een soort van roodborstjesrealityshow … 🙂
Een heerlijk verhaal
Solitair, dat zijn ze.Ik heb er één in de tuin, altijd de zelfde, denk ik.Je schrijft met net zo veel vaart als het roodborstje opvliegt.Mooi.Groet!