Het is alweer avond van de dag dat ik wakker word met Piet Boon. Wat een man! Stralend, bruin, vitaal, sportief, creatief, het kan niet op. En rijk ook nog. En alleenstaand. En dan heet je Piet. Simpeler kan niet en Boon is ook gewoon. Zelden zie je een man zo gezond als Piet Boon. We zien almaar Matthijs van Nieuwkerk en Paul Witteman met wallen en plooien en grijzende aura’s en dan spat ineens Piet Boon van het scherm. Ik keek uit naar Droomhuis Gezocht omdat ik voor dit programma geïnterviewd werd door de NCRV. Het interview staat in de gids van deze week, dus wil ik dat programma zien.
Ik val met mijn neus in de boter. Het gaat over een stel dat hun Droomhuis zoekt op Bonaire. Ik heb niets met Bonaire, maar dat kan komen en komt. Het is het ideale oord als je van lamlendigheid van de griep die voor de derde keer zijn kop opsteekt naast je man zit die de griep voor de eerste keer heeft. Snotterend voor het scherm, pot gloeiende gemberthee erbij voor de gezondheid, word je een eiland voorgeschoteld met zon en zee en strand, of je op vakantie bent. En als kers op de taart is daar Piet Boon.
Alles klopt aan hem en aan zijn huis met open gang waar de benedenwindse dan wel bovenwindse eilandwind koelte doorheen waait en de bank waarop hij wegdroomt bij het zicht op de felblauwe oceaan die inspiratief contrasteert met zijn smetteloze wanden en donkere raamomlijstingen.
In het voorbijgaan vertelt hij dat hij zijn hele huis heeft gebouwd met koraal,zelfs het vloertje van zijn douche. Mijn liefde wankelt; blijf met je klauwen van de oceaanbodem af, maar Piet Boon stroopt de zee niet af. Hij laat ons zien dat het strand van Bonaire vol aangespoeld koraal ligt en dat wordt allemaal vermalen tot zand. N.B.
Piet bouwt het liefst met materiaal van de plek, dus kocht hij enkele tonnen koraal in ruil voor zand. Een wonder hoe hij van die grillige brokstukken zo’n strak huis heeft weten te bouwen.
Terug naar zijn huis. Piet gaat zitten. Iets wat elk mens dagelijks doet. Zo vaak dat je er niet op let. Behalve bij Piet. Hij zit op een stoel, in zijn korte broek, wijdbeens. Zo’n perfectionistische stijlicoon als hij is, zo ongewoon gewoon oogt hij. Korte broek, shirt, schoenen, zo onopvallend dat ik niet weet wat voor schoenen of sandalen of teenslippers of gympen hij aan zijn voeten had. De cameraman wil er ook beter zicht op en verplaatst zich van opzij recht voor Piet en zoemt in op wijdbeense Piet-in-korte-broek.
Voor de cameraman in positie is, krijg ik die andere korte broek voor de geest, eentje van dezelfde keurige lengte als die van Piet, halverwege bovenbeen en in eenzelfde natuurlijke tint, de korte broek van mijn vader op vakantie in de Ardennen. Ik was zes en mijn broertje drie. Hij dribbelde nog, ik huppelde achter mijn vader met zijn zware bergschoenen, geitenwollen sokken, blote kuiten en blote knieholtes en iets daarboven de broekspijpen van de lange korte broek.
Tegen etenstijd ging papa voor de tent op zijn hurken zitten om de primus aan de gang te krijgen met een scheutje stinkende spiritus. Onder zijn slanke vingers likten vurige tongen en mijn blik zakte af. De korte broek die de hele dag de halve bovenbenen had omsloten, was opgekropen tot bovenaan. De pijpen waren zo wijd dat ze zelfs het bovenste van het bovenbeen niet strak omsloten. Door de opening tussen broekspijp en been zag ik iets dat het midden hield tussen een gerimpelde peer en een verschrompelde appel. Wat had papa in zijn broek? Toen ik het vroeg was het antwoord een bulderende lach zoals alleen mijn vader lachen kon.
Het nietsontziende oog van de camera zoemt in op Piet. Ik houd mijn hart vast en mijn blik nagelt de broek van Piet. De broekspijpen zijn niet elastisch en niet strak, losjes hingen ze om zijn benen toen hij stond en liep, nu hij zit, vallen ze in natuurlijke plooitjes rond de bovenbenen, keurig tussen knie en kruis, een stukje hoger weliswaar, maar nergens een rimpelige appel of rotte peer. Bij Piet Boon zit alles gewoon. Zijn ruwhouten banken, zijn rieten manden, zijn muren en vloeren van koraal, zijn shirt en zijn short, alles plooit bekoorlijk en ooit onbehoorlijk.
Om bij te komen van de drukte gaat hij kitesurfen. Hij waarschuwt dat hij het maar een beetje kan. Hij ligt in het water achter zijn plank, maar dan rijst hij op, staat fier overeind en zeilt over de zee tot de wind hem meeneemt, hoger en hoger de lucht in…
Met wat geluk staat het nog op uitzending gemist, je vindt hem bij de 31ste minuut:
http://www.npo.nl/droomhuis-gezocht/23-02-2015/POW_00979384
9 reacties
Ik heb het ook gezien! En heb wel wat met Bonaire, trouwens met Aruba en Curaçao ook….
Piet Boon , tja wat moet ik toevoegen…..woest aantrekkelijk!
En vast geen grieperige snotkop.
Hij had trouwens bruine simpele sandalen aan! 🙂
Ha, ha, mijn blik viel ook al op hem, en wachtte gedurende het programma steeds op de vrouw des huizes, maar die heeft Piet niet, vat ik? Zo dat geeft de burger moed…
Heerlijk verhaal.
Gelachen!
Heb niets gezien maar door jouw ogen zag ik alles. Heerlijk verhaal, ik heb gelachen. Dankjewel!
Hoezo Anne, is de man soms in de lucht blijven hangen?? 😀 Tjonge Anne, wel lachen hoor!
Heerlijk geschreven, hen Piet Boonfan zonder man des huizes 🙂
Ben’n aantal jaar geleden in zijn” waterhuis” geweest,, dat is mijn droomhuis geworden, dat zal’t blijven want de” pegels’ ontbreken.
Sterkte met de griep.
Goed uitzieken……..was toch wel goede raad 🙂
Je schetst het zo treffend dat ik ‘uitzending gemist’ echt niet meer nodig heb hoor.
Chapeau.
Lieve groetende genegenheid en heel rustige donderdag,
Als ik die lach toch nog eens kon horen…
Ik wist niet dat het op tv was…maar dat is niet zo erg..door jouw verhaal heb ik echt alles gezien 😉