Al dagen zit ik uren achter het dashboard om foto’s van mijn werkstukken in het systeem van whizzkid te krijgen, een slim systeem dat afgedraaid kan worden als diavoorstelling, in allerlei tempo, of is het tempi. Ook kunnen de foto’s vergroot worden als je de kunst wilt afkijken. Dat mag allemaal. Is het nou geschilderd, geplakt, wat heeft ze in vredesnaam gedaan om het zo te krijgen. Ik weet het soms zelf niet meer.
Dat was dus een goed idee van whizzkid, dat uitlichten en vergroten, en ook dat het vanzelf afdraait, dat je geen muishand krijgt. Maar. Krijg mijn foto’s maar eens in zijn systeem. Dat gaat niet. Ik zit maar up te loaden en te importeren, maar er verschijnt niets. Wat ik ook doe, het beste resultaat is nog, dat mijn foto’s om zijn systeem heen gaan staan, een stel eigenwijze kinderen die de juf maar niet in de rij krijgt. Whizzkid is niet te bereiken, die zit ergens op school iets te leren wat hij nog niet weet, communicatievaardigheden of zo.
Ik moet het zelf uitzoeken. Boven elk knopje dat ik goed of verkeerd kan indrukken, staat een extra knopje met Help, met hoofdletter. Daar druk ik zo ongeveer non stop op. Aanwijzingen met codewoorden als ping, en zip, trackback en HTML lichten op en jagen mij de stuipen op het lijf. Je zal piloot zijn. Wat moet je doen? Pingen? Trackbacken?
Ik verander van strategie en probeer het al doende, zoals ik ook mijn kunst maak.
Te beginnen met de deleteknop. Weg zijn de foto’s die er even daarvoor nog stonden. Niet in een prullenbak of zo, maar echt weg, gewoon weg. Ik zie ze nergens meer. Zo zou het huishouden moeten zijn. Een druk op de delete knop en weg is de afwas, het vuile goed, het stof, de vlekken en de vuilnis.
Gelukkig is er ook een album in het dashboard waar alle foto’s instaan die ik de afgelopen week heb geimporteerd. Dat ging. Te gek ging het. Ik heb 285 foto’s geimporteerd, maar door wonderbaarlijke vermenigvuldiging zijn het er bijna 1500 geworden. Zo zou het met je bankrekening moeten gaan. Het is alleen niet te zien wat voor foto’s er in het verzamelalbum staan, want er staan alleen codes, eindigend op jpg. Dat jpg was mij eerst niet opgevallen, al staat dat er dus 1500 keer. Voor elk jpg staan minimaal 12 verschillende cijfers en letters in de wildste volgorde. Geen woord uit af te leiden. Op geen enkele wijze is aan de code te zien welke foto het is. Toch zal ik op een code moeten drukken om de onzichtbare foto zichtbaar te maken in Kunst, dan wel Curiosa. Ik druk en druk. Er gebeurt niets. De hele dag niet, en ik heb wat aangevinkt, uitgevinkt, gevogeld en gevist.
Vanochtend ontdekte ik tot mijn stomme verbazing naast mijn laatste Blogbericht een plaatje dat ik gisteren geimporteerd heb, een dode hagedis. Dat beestje heb ik precies zo gevonden jaren geleden op een wandeling door de duinen. Eerst dacht ik nog dat hij leefde, zo gaaf. Mijn vader raapte hagedissen altijd op met een lasso van naaigaren. Vervolgens draaide hij hem om het buikje te zien. Dat kon onverwachte kleuren hebben, vooral bij mannetjes. Dat kon mijn vader trots zeggen. ‘Kijk, een mannetje!’ Zoals je opgevoed bent tussen 2 en 12, zo doe je onbewust weer in onverwachte situaties.
Ik zie de hagedis liggen, ik buk, ik heb geen lasso van naaigaren op zak, ik pak die hagedis met twee vingers en draai hem om. Hij voelt warm, maar hij of zij beweegt niet. Hij of zij is dood en verdroogd. Precies een mummie. Die kon ik niet laten liggen.
Dat plaatje van die uitgedroogde hagedis verschijnt, en verdwijnt naast mijn blog. Nu komt de praatstok die ik ook geimporteerd had. Dat was een doodgewone tak, maar ook weer niet zo gewoon, want gevonden op een van de vele voettochten die ik met mijn andere voorouder gemaakt heb, mijn moeder toen ze nog 30 km op een dag lopen kon.
Deze tak is een praatstok geworden. Kwestie van focus, de nieuwe rage. Eerst bij het maken: je kijkt wat voor vorm de tak heeft en versterkt dat met kleur, touw, leer, aanhang als bedeltjes, veren of wat je leuk vindt. Traditioneel gingen Indianen in de kring zitten praten met die stok als antenne naar Grote Geest. Wie de stok in handen heeft, spreekt tot hij uitgesproken is, dan krijgt de volgende die de geest krijgt de praatstok. Dit terzijde.
In het kader van mijn werk aan de galerijen was ik verbaasd dat er iets verscheen, en bewoog ook nog, maar op een heel andere plek dan ik bedoeld had. Raadselachtig.
Intussen had ik een stuk of 100 noodkreten naar whizzkid gestuurd. Vandaag kwam er antwoord.
,,Ik zie wat u gedaan hebt.”
Hij ziet alles wat hij wil zien, en hij noemt mij U.
,,U hebt de code gedeleted. Ik heb hem weer ingevoerd, nu moet het lukken.”
Het is gelukt. Zij het 4x dubbel. Zie: Kunst en Curiosa.
Morgen meer & Minder.
Eén reactie
Anne, bij de kleuterschool, sorry onderbouw basisschool groep 1 en 2, hebben ze ook een praatstok of vertelstok. Zo leren de kinderen naar elkaar te luisteren maar ook om te spreken. De uitdrukking ‘de geest krijgen’ heb ik altijd aan het pinksterfeest gekoppeld maar zou het niet om dezelfde inspiratie gaan? En zijn indianen niet net als kinderen nog in staat om te denken buiten de kaders en het gevoel te laten spreken? Heb weleens gelezen dat in de taal van de Lakota de uitdrukking ‘ik’ niet bestaat maar dat een persoon altijd in samenhang met de omgeving wordt uitgedrukt.