Maandag kan fris zijn, frisse start, maandag kan blauw zijn, blauwe maandag, deze maandag was Mandag, de dag van Man met hoofdletter in keurig pak. Man moet een opperhoogst belangrijke vergadering voorzitten in Rotterdam. Aktentas in de hand haast Man zich naar computer voor zijn treinkaartje. Hij moet om 10 uur voorzitten. Man heeft geen tijd voor trage reis, daarbij heeft hij altijd werk te doen, ook in overvolle spitstrein. Man weet overal een oplossing voor. Hij neemt de Fyra, de snelste trein en eerste klas. Kost wat, maar dan heb je ook wat. Snelheid en rust. Man moet de trein van 8.20 uit Hoorn en ergens overstappen op de snelle Fyra. Man heeft een kortingskaart, die geldt na 9 uur. In de luttele minuten die man heeft om alles uit te dokteren neemt hij twee enkele reizen, heen voor het volle pond, terug met 40% korting. Tancode invoeren en printen maar.
Doet dat ingewikkeld stomme systeem van de Fyra het anders dan alle normale systemen ter wereld. Er komen niet de betaalde 2 kaartjes uit, nee, alleen het laatste kaartje, de terugreis. Man zal er echter eerst heen moeten. Man praat als Brugman tegen de computer, de printer, de Fyra en de NS, drukt daarbij op alle toetsen en knoppen die voorhanden zijn, de heenreis verschijnt niet. Daar staat man. In zijn laatste minuut betaalt hij dan in vredesnaam nog maar een keer 33 euro en heeft op het allerlaatste nippertje zijn treinkaartje.
Intussen heeft vrouw zeer sterke koffie gezet, broodjes gesmeerd en belegd en ingepakt. Man boldert de trap af in colbert, regenjas, aktentas, treinkaartjes, broodjes. Weg is man, op weg naar de opperbelangrijke vergadering die hij in goed banen moet leiden wat bij InHolland niet gemakkelijk is vanwege alles. De trein wacht niet.
Enigszins verdoold en verdaasd ruimt vrouw het aanrecht op, giet mans koffie over in enorme beker, giet daar kokende melk bij en geeuwt. Daar gaat de telefoon. Een vrolijk klingelgeluidje als op een Alp, waarbij de herder geen wijs kan worden uit richting en afstand, waar is de koe, waar is de telefoon. Net als ik hem heb, houdt hij op. Ik druk op wat toetsen van het nieuwe toestel en krijg een Duitse dame aan de lijn, die mij niet gebeld heeft, maar het erg leuk vindt dat ik haar bel. Ik druk het volgende nummer. Kees. Man dus.
,,Waar was je? Wie belde je?”
,,Wat dan? Hoezo?”
,,Ik heb mijn portemonnee niet bij me en geen geld en geen pasjes en geen kortingskaart en geen identiteitskaart en ik zit in een rijdende trein, eerste klas, helemaal alleen.”
Die man toch. Vrouw neemt de voorzittershamer over.
,,Je moet je nu meteen melden bij de conducteur, je legt het uit en zegt dat hij mij belt, dan geef ik je identificatienummers. Ik kan ze ook even op facebook zetten of…”
,,Ok.”
Man heeft al opgehangen. Man is snel van begrip. En als hij iets begrijpt, doet hij het meteen.
Ik neem de telefoon op schoot. Geen conducteur belt, geen spoorwegpolitie, geen man. Niemand.
Man zou om half vier terug zijn. Om vier uur is hij er nog niet. Om half vijf niet. Om vijf uur niet. Zou er wat zijn? Ik bel man nooit, want hij zit altijd in een belangrijk gesprek. Om half zes heeft niemand een belangrijk gesprek. Om half zes bel ik man.
,,Waar zit je?”
,,Ik sta voor de poort, ik heb m’n sleutels ook niet mee.”
Hoe is het mogelijk dat ik man zo goed aanvoel.
Ik open de poort, trappelend van nieuwsgierigheid. Man is in volkomen rust. Plaatst zijn fiets kalm in de schuur, wandelt door de tuin, waarbij hij oog heeft voor het krentenboompje dat dit jaar drie weken later bloeit dan het jaar dat wij hier kwamen wonen op 1 april.
Ja man! Hoe was het in Rotterdam!!??
Onder het genoeglijke genot van een kopje sterke koffie met bonbon, gezeten op de leunstoel, benen over elkaar, koffie in de hand, bonbon in de mond, hèhè, komt hij er eindelijk mee.
,,Het ging heel goed. Het liep eigenlijk wel gesmeerd.”
,,Hoe liep het dan!”
,,Ik ging telkens naar de conducteur, die scande het blokje op mijn treinkaart, zag dat ik 1e klas betaald had en er goed uitzie. Ik kon gaan zitten. Als je in de misdaad gaat, kun je het best in net pak 1e klas reizen. Het vervelende was dat ik geen geld had, ik wou niet zwartrijden in de metro, dus moest ik te voet. Rotterdam is groot, alleen al de Erasmusbrug is een kwartier lopen.”
,,Maar Kees, kwam je dan niet veel te laat op die superbelangrijke vergadering?”
,,Oooh dat. Ik heb mijn secretaresse gebeld en gezegd dat de vicevoorzitter vast kon beginnen.”
Echt Man. Van het spannendste avontuur weet hij minder te vertellen dan ik van een dag wachten.
4 reacties
Geweldig he, zo’n man als Kees ,dan bellef je nog eens wat
er staat bellef maar ik bedoel beleef maar dat heb je als je te snel wilt
Elke dag is een feest om bij jou te lezen. Schreef je nou eens iets waar ik het absoluut niet mee eens zou kunnen zijn, dan werden mijn lovende commentaren eens onderbroken door wat minder positiefs. Eén keer dacht ik dat ik seniel werd omdat ik niets begreep van wat je schreef. Gelukkig lag dat niet aan mij.
Anne, is het vervelend om populair te zijn? In ieder geval tijdrovend, al die fanmails beantwoorden en ook nog lezen en kijken naar wat je allemaal aan links en ‘Uitzending gemist’ programma’s krijgt toegestuurd. Zaterdag en zondag was ik thuis de keuken aan het witten en een beetje stucwerk aan het doen. Twee dagen was ik ontzettend populair. Vrienden en vriendinnen die ik niet zo vaak spreek hadden op die dagen allemaal het idee om mij te bellen. Steeds als ik een nieuwe baan begon te rollen. Moest ik het gesprek op een beleefde manier inkorten om de roller nat te houden.
Het was me weer een genoegen
De laatste zin vind ik het allermooiste!