Een vredig vrij moment in Bergen, het vermaarde kunstenaarsdorp. Op de hoek bij de ruïnekerk, ook zo’n Bergens icoon, vind je de befaamde Bergense Boekhandel waar je een plaatselijke schrijver, kunstenaar of toch zeker een echte kultuurliefhebber tegen het lijf kunt lopen. Ernaast het terras van Fabels.
Twee kultuurminnende vriendinnen komen aangewandeld in artistieke kleding, de een Fullcolour de ander Natural, allebei wijd, wapperend, laagjes en daar bovenop zwierige hoedjes van vilt cq. stro. Ze ploffen op een van de terrasbanken.
,,Ik trakteer op een lekkere lunch.” Fullcolour schiet door de lunchkaart en lacht parelend, ,,O, ze hebben geen lekkere.”
Natural is de spijskaart nog rustig aan het ontleden.
,,Ik zie hier anders een heerlijke tosti geitenkaas met gember.”
Fullcolour was natuurlijk op zoek naar rode tomaten met zwarte olijven en groene pepertjes en blauwe kaas.
Er ontspint zich een geanimeerd gesprek over Barcelona, eettentjes, kunst en Gaudi. Net als Fullcolour de mozaïeken bejubelt, beneemt een kolossale man met blote armen het uitzicht. Je ziet de getatoeëerde draken over zijn schouders vliegen. Hij ploft naast de dames en bestelt maar liefst twee belegde stokbroden. De serveerster lacht, ,,hard gewerkt zeker!”
Op dat moment verschijnen de bordjes met de tosti’s. De gezichten betrekken.
,,Wat veel!”
,,Joh, wat we niet hoeven, schuiven we naar de buurman.”
Buurman grijnst. ,,Doe maar! Dat kan dr bij mij makkelijk bij.”
De vrouwen kunnen nog niet besluiten een hap te nemen. Hun blik dwaalt af naar een man die de hoek om komt, een man type kunstenaarsdorp, fluwelen jasje, felblauw met bloemen, interessante kop, wapperend haar. Ze volgen zijn naderende tred onverholen. Hij blijft staan op korte afstand van hun tafeltje, maar keurt hen geen blik waardig. Hij is in gedachten. Lijkt te aarzelen. Spiedt links en rechts. Ineens loopt hij resoluut naar het tafeltje waar de tosti’s staan te dampen. Daar blijft hij staan, starend naar de grond als een verlegen schooljongetje dat de strenge juf genaderd is.
,,Je mag er wel bij komen zitten, hoor!” Colourfull ziet hem wel zitten.
Tattooman schiet luidkeels in de lach.
Bohemien kijkt verstrooid op. Erbij zitten? Waarbij? En dan ziet hij zichzelf staan tegenover twee kunstminnende dames. Hij is een verklaring schuldig. Zonneklaar.
,,Ik zoek iets.”
Zo gemakkelijk komt hij er niet mee weg.
,,Wat zoek je?”
Hij fluistert.
,,Een halsketting.”
,,Een ketting? Wat voor ketting? Dan zoeken wij mee!” Colourfull gilt het luid over de daken. Ze is wel in voor avontuur.
Bohemien geeft zich niet zomaar gewonnen. Hij zucht.
,,Met een diamant.”
,,Dat had je beter niet kunnen zeggen!” Colourfull joelt het uit.
Het hele terras is meteen klaarwakker. Kijkt links, rechts, voor, achter, onder, boven.
,,Het was ook nog een erfstuk, heel waardevol. Gisteravond heeft mijn vrouw hem verloren onder uw bank.”
Naturals schuift behulpzaam een stoel opzij. ,,Dan kun u met eigen ogen kijken onder onze bank.”
Beide dames schuiven hun wijdberokte benen welwillend aan de kant. Bohemien heeft vol zicht op de schemerruimte onder de bank. Geen diamant schittert. Hij ligt er niet. Nergens.
Als iedereen vertrokken is en het terras er verlaten bij ligt, vliegen de kraaien van hun uitkijkposten op de ruïnekerk. Ze scheren over het terras, scharrelen onder tafels en banken en nemen alles mee wat de gasten hebben laten liggen.
www.eerstebergenscheboekhandel.nl/
22 reacties
Ah Anne, wat gaaf, het is eindelijk weer eens een keer sprookjestijd, ik hang aan je lippen! xxx
heerlijk! en het is nog echt gebeurd ook 🙂
Die laatste zin hé, dat is niet netjes. Want iedereen die jou leest hangt aan je lippen en iedereen gaat nu over die laatste zin dubben. De kraaien en de diamant, het vervolgverhaal.
Anne, als ik jou lees dan ben ik er helemaal bij. Geweldig fijn. Groet!!!
ik zal het ter plekke in de gaten houden en als ik meer weet, laat ik het weten Athy!
Ook weer heel graag gelezen!
Fijn Marleen! Dank!
Dat wordt bomen beklimmen en kraaien jagen! 😉 LEUK!!!
Dank je voor dit vrolijke stukje Anne!
Maar eerlijk gezegd, denk ik dat de man zo in gedachten verzonken was dat hij zich ter plekke betrapt voelde en snel een smoes moest verzinnen om zich uit deze benarde positie te bevrijden! Maar dat kan natuurlijk ook mijn fantasie zijn die nu een beetje op hol slaat. 😉
Het is voor hem te hopen dat jouw gedachte klopt! Hij zag er echt wel ontredderd uit…
Anne, leuk en zeer beeldend geschreven, de film gaat voor mijn ogen langs…de lievelingsplek van Man en mij in Bergen…minstens een of tweemaal per jaar komen wij daar. Onze eerste gang is altijd naar de ‘Eerste ‘Bergensche Boekhanel’ en daarna het terras bij ‘Fabels’. Wat is dit genieten, het lezen van jouw vermakelijke blog! Dank, je brengt vakantie binnen op deze regenachtige dag 🙂
Wat bijzonder dat jij deze plek kent, Ellie, een heerlijke plek hè.
Fijne dag!
Wie een sprookje beleefd is meestal zachtmoedig van aard. Knap geschreven.
wat een warm compliment. Blij mee. Dankjewel Edgard.
Prachtig verhaal. Om bij weg te dromen.
.
Dat is je van harte gegund Kees, droom maa lekker weg 🙂
In Bergen kan alles. Ik heb daar ook zo mijn ervaringen. Mooi verhaal! En dan die kraaien…
Die zul jij zeker menigmaal zijn tegengekomen, Blewbird 😉
Dank voor je ervaring, waar wij graag meer over horen/lezen! Welkom.
Leuk verhaal Anne. Ennuh Fullcolour werd Colourfull. Wel Brits. Het had ook nog Colorfull kunnen zijn. Ik las dat jij ook iets hebt met het onthouden van de naam Bert Boelhouwer. Ik heb dat ook, zojuist vrienden geworden met Heleen. En toen schoot de naam Bert Hobe bij me binnen. Bij ons in de klas?
Haha, grappig Kees, die associaties van jou! Kees (!) Hobé was volgens mi de buurjongen van Bertie Boelhouwer – en over zijn vader heb ik nog een leuk verhaal – maar ik moet even nadenken of dat inmiddels geopenbaard mag worden 😉
En goed gezien van dat verspringen van colour en full! Thanks
met plezier gelezen….eh en kraaien hier in de boom thuis vinden mijn auto geweldig….pff 😉
wat meer door de blubber rijden, Willem?
Een heerlijk verhaal, al heb ik medelijden met de meneer van de ketting. Genieten, Anne!
ja, sneu hè Marjolein