Ik tors nog liever boomstronken en stapels oud servies op mijn rug dan dat ik ga lopen met zo’n tas op wielen, zo’n oubollig ding of je 80 bent en dat ben ik niet. Je wilt hem niet en dan struikel je erover bij de Blokker, een felgroen gevaarte op grote wielen.
‘Die heb ik ook! Is die voor uw moeder?’
Een Indisch vrouwtje knikt mij vriendelijk toe. Zo’n oud vrouwtje heb ik nog nooit gezien. Mijn moeder is er een jonge blom bij. En die is 85 en heeft er Parkinson en de rest bij. Ik kan mijn ogen niet afhouden van dit eeuwenoude vrouwtje. Alleen al hoe ze haar laatste kostbare haren rond haar hoofd heeft gedrapeerd. Er spreekt aandacht uit voor haar uiterlijk. Wat meteen een schrijnend licht werpt op haar sleetse kleding.
‘Als uw moeder nog niet zo’n karretje heeft, zal je haar erg blij maken.’
Ik kan niet over mijn hart verkrijgen de naakte waarheid neer te smijten voor haar voeten-op-sleetse-leren-pantoffels. Dat mijn moeder alleen nog vooruit komt in een rolstoel met zijstukken opdat ze niet scheefzakt en een neksteun opdat haar hoofd niet van de romp valt.
Ter afleiding verplaats ik mijn aandacht naar de tas op wielen die zij heeft, maar niet bij zich.
‘Heeft uw karretje ook zoveel blinkend aluminium?’
Ze buigt zich sierlijk als een wajang over de tas. Laat haar benige hand schrijden over de tas tot ze aankomt bij een rits die lomp afsteekt. Ze opent hem.
‘Kijk! Hier is het zakje voor de portemonnee, dan hoeft uw moeder niet in de diepe tas te graaien.”
De vingers wandelen naar de volgende rits.
‘Hier is het vak voor de paraplu, dan heeft ze die meteen bij de hand.’
De vingers wandelen verder naar voren, blijven staan als lange lucifers.
‘Hier mist het grote vak voor de kaas.’
Van teleurstelling schiet de romp omhoog.
‘Een half onsje kaas klapt dubbel in de tas en dan is hij lang zo lekker niet.’
Wat bewijst hoe klein en fijn ze is, en weet van hoed en rand.
‘U moet een bediende roepen. Die weet waar al die stangen voor zijn.’
Ze kijkt rond als iemand die bedienden gewend is. Een voor de was en een voor de thee, een om alles op te rapen en een om alles te weten.
In de hele Blokker is geen bediende te bekennen.
‘Vroeger liepen overal bedienden.’
In haar Indisch paleis en bij de Blokker.
‘Daar, die blauwe trui.’
De man op leeftijd is bezig met een geeuwende dame. Volledig gestrekt reikt hij naar een monsterlijk apparaat op de bovenste plank. Eindelijk heeft hij hem te pakken en houdt hem voor de open gaap in kwestie.
‘Ooo, twee koffiekannen. Ik dacht dat het een waterkoker was.’
Ze draait zich om en loopt weg zonder bedanken.
‘Toe maar!’
Het eeuwenoude Indische wajangvrouwtje uit een paleis vol bedienden duwt mij naar de laatste bediende van Blokker. Geen ontkomen aan.
De man kijkt naar het eigenaardige duo dat eraan komt.
‘Kan ik u helpen?’
Voor ik uitgelegd heb dat ik geen hulp nodig heb, maar dat we dit lieve mevrouwtje best even samen een leuk pleziertje kunnen doen, kan ik beter de waarheid liegen.
‘Ik kijk voor mijn moeder naar dat groene boodschappenkarretje en vroeg me af waar al die stangen voor zijn.’
De man zet het koffieapparaat in het gangpad dat gelijk geblokkeerd is, waar wellicht de naam Blokker vandaan komt. Want ja, voor je de bovenste plank bereikt hebt…
Onderweg naar het karretje stoot zij mij ongezien aan dat we toch maar even mooi een bediende gevonden hebben en hij wist ongezien het voorhoofd af en stort zich dan op de kar. Hij rukt aan de stangen, trekt aan een knop en tot ieders verbazing staat er ineens een klapstoel achter de tas.
‘Daar kan uw moeder op zitten.’
Hij knikt naar het eeuwenoude exemplaar der oermoeders der schepping. Zij knikt allerliefst terug.
‘Dankuwel ik zal het mijn moeder zeggen.’
Hij kijkt of ik achterlijk ben.
Gelaten klapt hij de boel in, zet de tas terug en sloft naar het koffieapparaat.
22 reacties
Wat ga je nu doen, vraag ik me af? Wordt vervolgd?
dat weet je maar nooit 😉
ik heb een roltas pfff.. met een tenniselleboog kom je er wel mee weg, dus heb ik er een briefje op geplakt, niet pikken dames of heren, ik heb een tenniselleboog, dan kan je niet zonder roltas…
En telkens, als ik naar de supermarkt ga, dan zet ik het rolboodschappenwagentje bij de inpaktafel, en staat er nog als ik terug kom om alle boodschappen in te pakken, is dat geen wonder? Mijn fiets was wel weg, eigen schuld, daar zat geen briefje op..
ach Maja, ja, je arme tennisarm…. wel bijzonder dat mensen hem laten staan voor je tennisarm. is hij/zij toch ergens goed voor… sterkte en beterschap en rust ook…
Ook voor mij was dit altijd de laatste mogelijkheid, zag mijzelf echt niet als zo’n sjokkesjokke-tante met zo’n ding lopen. Maar toen ik twee jaar geleden het ongeval kreeg, moest ik er toch aan geloven. Ik mocht niet fietsen, niet autorijden en alles tillen met mijn ene, toen nog goede, arm, nee dat redde ik niet. Schoorvoetend de Blokker (ja inderdaad) in. Snel een beslissing gemaakt, om maar niet te lang in het zicht van anderen te zijn (dom, want ik moest er elke dag van toen af aan mee lopen). Ik ging voor de looks, een mooi dessin. Fout! Binnen een paar dagen was ik weer terug bij de Blokker, omdat er iets kapot was. Nu loop ik met een heel foute maar wel degelijke tas op wielen met Schotse ruit patroon. En inmiddels ben ik ook over de schaamte heen 😉
ach Lien, wat naar allemaal….
ik ga d’r ook rustig mee lopen hoor, als het nodig is…inclusief schotse ruit!
ik heb het geluk dat ik graag fiets en mijn boodschappen doe ik op de fiets met twee grote fietstassen achterop…
Behulpzaam en lief al ziet ze er oud uit, ze zoeken aanspraak en waarom ook niet ,meer mensen moesten haar de kans geven, want eenzaamheid is erg voor iedereen.
Verder een mooi aandoenlijk verhaal.
lief Edgard
Wat een aandoenlijk verhaal over dat vrouwtje. Maar vanwaar die schaamte? Je denkt dat iedereen naar je kijkt, maar dat doen ze niet. Ikzelf hoef ook niet zo’n ding en dat is mezelf voor de gek houden. Nu loop ik met twee tassen om in evenwicht te blijven wat het gewicht aan inhoud betreft. Waarom? Mijn dochter wordt binnenkort 50 en ze loopt al jaren met zo’n kar, ze vertikt het om haar rug of armen te belasten. Niemand vindt het gek en ik vind haar alleen maar verstandig. Was ik maar zo wijs.
je hebt helemaal gelijk Henriëtte, hoezo schamen?
spaar je lieve lichaam, je hebt er maar eentje…
maar om nou gelijk…. 😉
Anne, afgezien of je zelf met zo’n kar zou willen lopen hihi ik ook niet hoor, vind het wel heel normaal als anderen het doen, heb je iemand met jouw aandacht gelukkig gemaakt.
Een eenzame mevrouw, die misschien tegen iemand kan zeggen dat ze een goed advies heeft gegeven aan de dochter van een hulpeloze mevrouw.
Ze heeft weer even het gevoel gehad, gehoord, gezien te zijn. Mooie jou.
liefs dimph
wat kijk jij lief naar mij Dimph, ik veer helemaal op 🙂
Wat een prachtige oude Indische ibu zet je daar neer, Anne. Aandoenlijk en ontroerend. Aduh, kassian ya … In het Javaans wordt een bediende nog een ‘badiende’ genoemd.
Die karretjes zijn dodelijk voor een slechte schouder! Ik heb een felgroene, die de Indonesische studente die hier ooit logeerde, voor me heeft laten staan. Zij vond hem fantastisch, ik heb hem één keer gebruikt en vond hem verschrikkelijk …
Dat mogen we natuurlijk niet aan oude Indische ibu’s laten merken 😉
Lief hoe je met haar omging. Terima kasih banyak.
ibu, wat een mooi woord, Marjolein, precies dit vrouwtje – dat lichte en donkere en kleine en omhullende en woudachtige – wonderlijk wat klanken kunnen doen!
al je vreemde woorden roepen een wereld van ver dichtbij – nu ben ik natuurlijk heel benieuwd hoe jij die woorden kent! en badiende…. zou zomaar kunnen dat ze dat zei!
een welkome reactie weer, leuk en dank
Ik gebruik een uit de kluiten gewassen boodschappentas, maar sinds mijn geslaagde experiment met het achter me aan slepen van een koffer op reis denk ik dat een boodschappenkar voor mij toch handiger is.
Ha Johan!
daar kan ik me iets bij voorstellen!
n waar van alles mee kan en heel licht, verende bandjes ook nog…. heb er toevallig net aandachtig naar gekeken, lijkt mij nog veel handiger dan zo’n tas op wielen – ze had hem gekocht bij Beenhakker, what’s in a name… een firma in rolstoelen….
Tja, zo wordt je soms goedbedoeld in een ongewenste situatie gemanoeuvreerd. Dan maar even meespelen. Wonderlijk vrouwtje, maar je schetst haar weer perfect, Anne!
Ik moet zeggen dat ik het ondingen vindt, die roltassen. Veel te diep en onhandig uitpakken, met een hand achter je aantrekken, allemaal fnuikend voor de rug/schouders/armen etc. Ik hang mijn tassen liever een voor een aan het fietsstuur, ik woon toch vlakbij de AH.
Maar ik zag eens een kruising tussen een rollator en een winkelwagentje; dat is het! De minste belasting en niet meer bukken.
Want heb je er wel eens aan gedacht hoe vaak je een pak sap in je handen hebt voordat het in de koelkast staat? Van het schap naar de kar, van de kar naar de band, van de band in mijn tas (ik sla de kar over) Dan de tas aan het stuur, thuis de tas naar de keuken, liefst zo hoog mogelijk neerzettend om niet teveel te bukken. Uit mijn tas op het aanrecht of recht de koelkast, of de kast in. Weet iemand een kortere manier, ‘k houd me aanbevolen!
Wekelijks zie ik vrouwen die van de kassa alles in de kar leggen, bij hun fiets alles een voor een in hun fietstas, en die moeten dat thuis ook weer een voor een uitladen. Maar waar? Gaat die fiets mee naar binnen? Denk het niet. Hoe het dan moet, wil ik niet eens bedenken, want er komen zoveel extra handelingen bij kijken dat ik van de gedachte al moe word. Ik had een kennis met rugklachten die het zo deed… Kan het me voorstellen, als ze alles zo deed…
🙂
Verzin maar wat anders, Anne, want die roltas bezorgt je nog een probleemschouder erbij! :-p
O Dani wat apart, ik zit net zo’n mooi karretje op te hemelen bij Johan hierboven, heb jij het er ook over! ik doe boodschappen altijd op de fiets, en mijn fietstassen doe ik in de kar en ja, wat sjouw je een eind weg met al die spullen….
en ook zo lief en aandachtig dat je mijn schouder voor ogen hebt!
het gaat overigens nog steeds goed ermee – en ik ben nu wel bewuster hoor, wat ik ermee doe… dankjewel voor je visie op al dat tillen en dragen en verplaatsen!
Haha, grappig! Zelfs toen dochterlief allang kon lopen en naar de basisschool ging gebruikte ik haar buggy nog om boodschappen mee te doen. Zo handig! Het zag er misschien wat vreemd uit maar het scheelde heel wat gesjouw!!
Je bent een echte rebelse huisvrouw, ik ben blij dat je mijn blog gevonden hebt – kan vast nog veel van je opsteken! Leuk!
Anne, wat weet je het beeld weer mooi neer te zetten, de oude dame met bediendes en de winkelier van Blokker. Geweldig zoals je verhaal een eigen leven gaat leiden.
oh wat bijzonder, jij vat het helemaal Athy!