Katten hebben negen levens en negen kritieke momenten.
De meeste momenten lossen ze zelf op met een van die levens, soms met liefde en wat hulp van hun menselijke dienaar. Er zijn momenten dat het kattenleven diep achter de horizon van pijn verborgen is. De kat trekt zich terug in duistere stilte, grommen en grauwen, waag het niet zijn laatste uur te verstoren. Hij eet niet, hij drinkt niet, hij wacht tot het over is, hij wacht op genezing of dood.
Als instinct en liefde gescheiden worden door grommend grauwen, is het laatste uur geslagen. De dienaar tast blind achter de horizon waar nevel en leven in elkaar verkeren.
Je komt in de onberekenbare achtbaan van de medische wereld, de snelweg naar de tweesprong van leven en dood.
Je liefde overschiet je verstand, en je portemonnee valt in het niet.
Zijn strottenhoofd is genekt door een auto, zijn zelfvertrouwen heeft een knauw gehad, zijn lichaam, zijn ziel. Slangen met ogen gaan door zijn strot, zoeken de scheuren en gaten, het slijm en het bloed en de lucht.
Zijn pootjes en hals zijn geschoren en dragen de sporen.
Hij is door het oog van de naald gekropen, de tunnel erachter is donker en lang.
Hij eet niet, hij drinkt niet, hij vast.
Daar ligt hij, stilletjes onder het bed, geen blazen, janken, grommen meer, geen tekenen van angst en pijn en stress, en telkens als hij me opmerkt, begint hij te spinnen. Hij spint zich over de derde weg, de weg van verdoving en pijnstilling, de weg die zijn zelfhelend vermogen een kans geeft.
Doodop ga ik liggen op het bed boven hem. Zacht gerucht van pootjes zonder nagels, een sprong, sluipt hij naar me toe, vlijt zich tegen me aan, legt zijn gehavende kop in de kom van mijn hand en overspoelt me met liefde die geen grenzen kent.
Vervuld van vertrouwen trek ik de stoute schoenen aan en neem hem mee naar mijn atelier, in betere tijden zijn lievelingsplek, naast de laptop.
En zie, daar zit hij, gehavend in zijn thuishaven…
De nacht valt. Lukkie krabbelt aan de dozen die het gat in de muur blokkeren, daarachter is het kattenluik hermetisch gesloten met het beveiligingswieltje. Snel de kattenbak gehaald, en ja, hij gaat erop voor een miniplasje. Hoe kan hij nog plassen als hij drie dagen niet gedronken heeft? Hebben ze zoveel vocht ingebracht met het infuus? Was daarom het zelf gaan eten de eerste vereiste? Had hij genoeg vocht voor een paar dagen?
We gaan slapen. Moe en blij.
Om 7 uur worden we wakker. Lukkie is weg. De zware dozen zijn een kier aan de kant geschoven. Het kattenluik is geforceerd, en wel zodanig dat het luik naar buiten gedrukt is, over het wieltje heen, waardoor het niet naar binnen klappen kan. Het regent…
Hoe lang is hij al in de regen? Met zijn bontjas vol gaten. Mijn mond valt droog, geen geluid komt eruit, geen fluitje, geen piepje. In het ochtenddonker valt een zwarte kat niet op.
Lampen aan, dat hij ziet dat we wakker zijn. Lukkie glijdt langs mijn benen, rent naar zijn mandje op de verwarming en begint zich af te drogen. Hij is terug, onze zwarte panter.
6 reacties
Doerak… maar op zo’n moment staat je hart wel even stil. Gelukkig ging alles goed.
De kat is rustig en geeft rust houd zich uit het zicht van de mensen, nachts daarentegen oefent zij dingen die niet voor onze ogen zijn bedopelt.
katten en wat zij kunnen als wij niet meer kunnen.wat een dier, Anne, het gaat goed komen met jouw Lukkie. Gelukkig maar.
Wat een geluk,die Lukkie. Gaat gewoon weer zijn eigen gang.
kweet het al die emoties….
het maakt je doodmoe…..
ze friemelen door je emoties….
je zit met een draadje aan ze verbonden….een liefdesdraad…..
X Annet!
Ontroerend…Prachtig ?