Auteur & kunstenaar

Bottenvrouw

Middenin de nacht word ik wakker van geluiden uit andermans klankkast. Ik ga Man nou eens niet teder opzij leggen, ook niet door elkaar rammen, ‘hou op, je maakt me wakker, nou kan ik niet meer slapen’.
Ik lig eenvoudig in het donker te staren naar het plafond dat ik niet zie vanwege het donker. Ineens ga ik uit mijn bol.
Niks geen hallucinogene middelen, niks heroine, cocaine, mescaline, ketamine, ibogaine, amfetamine, LSD, XTC, crack, ayahuasca, paddo’s, afrodisiaca of heksenzalf.
Het is mijn bezoek aan Nijmegen, het scharnierpunt in mijn leven.
Mijn huwelijk met de Vrijeschool, werk kun je het niet noemen, is het cruciale punt in mijn biografie.

Ineens zie ik het.
Het punt waarop alles in mijn leven draaide, op de kop stond en ander perspectief kreeg.
Ik kreeg vleugels en vloog over toppen een andere dimensie in.
Zoals mijn moeder toen ze met haar 45ste alsnog naar de Rietveld Academie ging, mijn vader op zijn 23ste een voetreis door Frankrijk maakte, de hippies een boot kochten waarmee ze de wereld gelukkig zouden maken.

Mijn ouders vlogen op vleugels gestaald door armoede, oorlog, teleurstelling, miskenning en angst.
Ik vloog op vleugels die me aanwaaiden.
Aangewaaide vleugels vallen af, je verbrandt als Icarus en je botten vallen in een put.
Er zit niets anders op dan jezelf opbouwen, van onderen af aan, vanuit je eigen merg.

Ik staar in het donker en zie hoe ongelooflijk ingenieus het leven en de evolutie in elkaar steekt.
Om te komen waar ik nu ben…
Rustig liggen naast een snurker die mijn slaap verstoort, staren in het donker en zien.

In de put staar ik omhoog en zie een ster.
Ik zwerf door Spanje, slaap elke nacht op de harde bodem in mijn slaapzak en staar in het donker.
Ik zie de Grote Beer, ze is er de hele nacht. Ik zie haar draaien om de spil die alles bijeenhoudt, de Poolster.
Ik zie de maan, haar wassen en krimpen, haar dans van Oost naar West, elke avond groeit het sikkeltje en is een stukje westwaarts opgeschoven tot de volle maan opkomt in het oosten, pal tegenover de ondergaande zon.
Ik begin te zien hoe alles draait, zie het ritme, de wetten.
Het eerste sprankje vertrouwen ontstaat uit mijn waarneming van lichten in het donker.
Ik ontwikkel een vertrouwensband met de kosmos en krijg een ijle, inspirerende relatie met een astroloog.
Zo boven, zo beneden.

Ik woon in kasten en schuren in de bosrijke omgeving van Nijmegen.
Ik loop.
Planten verdorren, bladeren vallen, schimmel en rotting, paddenstoelen en webben.
Ik krijg een ontsteking, een open wond die ettert en zweert, steekt en groeit.
Ik ga niet naar een dokter, mijn vertrouwen in mensen ben ik kwijt.
Ik heb eens gehoord dat eikenschors alles geneest.
In mijn eenzaamheid praat ik met bomen, krijg schors van eiken, kokend water erbij, zeven en erin.
Binnen een paar dagen ben ik genezen.

Die winter zie ik op de raampjes van mijn koude schuur dezelfde varens die naast mijn schuur groeien.
Ik begin te zien wat rondom mijn schuurtje groeit en ga dat eten.
Tamme kastanjes, brandnetels, look zonder look, paardenbloemblad, vlierbloesempannenkoeken en nog veel meer.
Mijn liefde voor de natuur verdiept zich in vertrouwen.
Zo binnen, zo buiten.

Ik krijg een huis in Amsterdam dat totaal gerenoveerd moet worden.
Ik ga naar de Doe Zelf avondschool en leer stukadoren.
Ik praat met mijn medestudenten, stoere kerels die wonen in krotten in Frankrijk en Italie.
Daar droom ik van, maar durf ik niet.
Ik voed me met hun manlijke energie.
Mijn stucleraar wil me in dienst nemen als voeger, omdat ik zo netjes werk.
Dat is me te zwaar. Ik heb genoeg aan mijn eigen huis.
In mijn eentje haal ik al het behang van de muren, kom kranten tegen van voor mijn geboorte.
Ik haal de oude verf van kozijnen en deuren, verwijder oude stuclagen van het trappenhuis.
Ik begin te zien hoe het huis  eruit kan zien.
Ik maak bouwtekeningen voor keuken en badkamer.
Een elektraplan. Waterplan.
Ga naar bouwmarkten en Ikea.
Sla zo voordelig mogelijk alles in.
Ik zoek een aannemer om alles te doen wat ik niet kan.
Ik ben heel zenuwachtig of alles klopt en past.
De bouwers hebben respect voor me en doen wat ik vraag en meer.
Elke avond kom ik kijken, bespreek de volgende dag, geef ze een bouwbier.
Als zij weg zijn, ruim ik alles op en leg alles klaar voor de volgende dag.
‘s Avonds schuur en schilder ik al het houtwerk, grondverf en twee laklagen.
Doe het hele trappenhuis met plafondplast op een wankele trap die ik klem zet.
Dan ga ik stucadoren. Om te beginnen alle kasten met alle lastige binnenhoeken.
Het lukt, maar is zeer zwaar werk.
Ik neem een stucadoor aan voor de plafonds.
De stukadoor vindt het zo gaaf wat ik allemaal gedaan heb, keurige binnenhoeken, dat hij ook de wanden er effies bij doet voor een paar tientjes extra.
De tegelzetter komt op zondagochtend tegels zetten in de kast die ik als wasmachinekast heb omgebouwd.
Ik heb het vertrouwen terug in mijn eigen handen en in handige mannen.

Als het huis klaar is, heb ik eindelijk tijd naar een vriendin te gaan. In die tijd moet ik mijn band met vrouwen opnieuw opbouwen, net als mijn band met het kind. Dat weet ik zelf niet. Dat leert het leven me later.
Haar kat heeft een jong van drie maanden. Zij zegt ‘ik ben uit de katten’. Meteen spring het jonge katje in mijn lege boodschappentas. Hetzelfde moment springt mijn hart open.
Ik noem hem Totem en neem hem mee naar mijn nieuwe plek.
De astroloog verdwijnt uit mijn leven.
Hij houdt niet van de concrete werkelijkheid, niet van verbouwen, niet van katten en in the end niet van mij.
Hij kiest het mystieke pad, gaat op in mist. Ik mis onze gesprekken, ik mis ons.
Totem wijst mij het kattenpad, wat ik verwerk in twee manuscripten ‘het Kattenpad’ en ‘Raadselvrouw’.

Ik blijf avonturen beleven. Die ga ik hier niet allemaal uit de doeken doen, want het zijn complete boeken, waarvan ik Sophie en Eva al geschreven heb en met Iris ben ik bezig.

Toen ik thuis was van vele avonturen en net een nieuw avontuur begon met een hut in Duitsland, ging daar de telefoon.
Bijna vijf jaar geleden.
Een cruciaal telefoontje. Sindsdien woont mijn moeder bij mij in huis.
De zorg om haar slokte al mijn tijd op. Als ik door de stad fietste tijdens haar middagdutje huilde ik.
Haar komst was de proef op de som…

Het is nacht. Man snurkt. Vrouw staart naar het plafond in het donker en ziet.
Mijn moeder zit in het donker, waar ik lang geleden zat, op de bodem van de put.
Zij ziet nu wat niemand ziet.
Zij bood mij haar baarmoeder.
Zij zorgde voor mij.
Ze gaf me al haar liefde.
Nu woont zij in het huis dat ik heb verbouwd samen met Man.
Dankzij haar leer ik nu waar het allemaal om draait.

Anne Vellinga - Bottenvrouw
Anne Vellinga – Bottenvrouw

Deel dit bericht:

Eva Terra Incognita

Eva Terra Incognita
Te bestellen bij de boekhandel

Sophie - Genius Loci

Sophie - Genius Loci
Te bestellen bij de boekhandel

28 reacties

  1. Lieve Anne,

    Dit is een heel leven. Ik kan sommige dingen niet begrijpen, maar wel aanvoelen. Wat je niet zegt, misschien wel nooit zegt, zo iets voel ik. Bijzonder.

    Liefs,

    Kees

  2. wow waarde Anne,

    wat een intrigerend gegeven verwoord je hier!
    neemt mij mee terug naar de tijd dat ik zelf in een oubliette zat…

    erg mooi, ik heb hier een goed gevoel bij en dan telt het voor mij!!

    groets
    pastuiven

    1. een intrigerend gegeven, dat is het Pastuiven – goed samengevat
      jouw tijd in een oubliette…. dat vraagt om meer, alleen al wat een oubliette is…
      groetekus!

  3. In alle opzichten ben ik het eens met mijn voorgangers in hun reactie. wat ik voel is spijt voor alle keren dat ik wel woedend werd door gesnurk van hem die naast mij lag. en dat is al zo lang verleden tijd. dank je, Anne.

  4. Een mooi levenspad, waar je beurtelings boven en beneden vertoefde. Je verbazend en verheugend over elke ervaring. Leerling blijf je je hele cyclus van levens. Iets mooiers is er niet, toch?

  5. en ik was er bij, dichtbij en soms wat verder weg, maar wel een cruciale periode in je leven. deze blog, een cadeautje!

    1. jij gaf me je hart en je huis en je haard toen ik geen plek meer had… ik zou een paar dagen komen en bleef maanden… tot ik een varkensschuur vond in Berg en Dal!

  6. Lieve Anne, wat kan je toch fantastisch schrijven, als een vogel vlieg ik mee net als toen een blindelings vertrouwen vanuit liefde, jouw liefde voor ons kinderen van toen, zo diep verankerd.
    Nu is het bijna zover de reünie, met lood in mijn schoenen ga ik en wat ik wil voelen is de geborgenheid van de sfeer van toen,herinneringen en weerzien,ik ga het beleven vandaag!
    dikke kus voor mijn allerliefste Juffie X

  7. ik lees je blogs natuurlijk nog niet zo heel erg lang maar ik merk dat ik ze steeds vaker opzoek, en het is alsof je laagje voor laagje pelt, je ziel blootlegt en laagje voor laagje duik ik dieper onder je huid en zie de mens die je bent, ik ben nogal kritisch, neem nooit zomaar wat aan van mensen, maar ik ben dol op echt en oprecht, en dat ben je, een echt mens, en ik geniet van je wereld zoals je schrijft wat je ziet en voelt, hier ben ik, dit is de waarheid en ik ben zeer echt.
    Een mooi echt mens, dat ben je ( haha had ook alleen deze laatste zin neer kunnen zetten, zegt eigenlijk ook al genoeg)

    1. je woorden raken mijn ziel, Brenda, alsof je me al heel lang kent en tegelijk nog maar net – dat is herkenning, vermoed ik – en dat is het bijzondere van internet, facebook en blogs, dat je mensen kunt vinden die op jouw golflengte resoneren, en dat is wederzijds… dankjewel

  8. Goh Anne, hoe indruk wekkend en ook de reacties van je geliefde lezers.
    Wat ben je diep gegaan en wat hebben die prachtige jaren van de school met je gedaan.

    Icarus, het beeld dat ik herken en meelees, nu even jouw levensloop meelopende.
    Ik vermag te zeggen dat ik je ten diepste respecteer.

    Liefs, Yvonne

    1. jouw woorden raken me ook, Yvonne, jij kent me uit de tijd dat ik brandde…
      puzzelstukjes vallen op hun plaats, gesmolten ervaringen kristalliseren rond de levenslijn…
      dankjewel

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *