Auteur & kunstenaar

Weerzien met mijn klas

Het is tasten in het donker naar het juiste huisnummer van het etentje. In de bocht zien we een vuur oplaaien in een achtertuin en horen dat onweerstaanbare feestgemurmel dat we op de toneelschool moesten zien te bereiken met ‘rabarberrabarber’ en ‘appelmoesappelmoes’. Ik gloei voor ik er ben.
Het tuinpad knerst, de voordeur zwaait open, een klein jongetje en een vlotte atleet met eendagsbaard en zwarte bril staan in het licht. Het kleintje herken ik vaag, de grote duidelijk niet.

‘Anne! Je bent er!’
De atleet blijkt gevoelige antennes te hebben.
‘Ik heb bij juffie Zuidema in de klas gezeten. Ik ben de man van en dit is ons zoontje.’
Laat de man nou het charismatische jongetje zijn dat we met het complete docententeam menigmaal besproken hebben vanwege onbesuisd gedrag. Dat vindt hij een leuk verhaal. Lachend loodst hij ons door de gang langs een eetkamer met gedekte tafels als in een restaurant, de keuken door waar een kokkin in alle pannen tegelijk roert en dan de koude buitenlucht weer in.

Over hobbelgras bereiken we het kampvuur waar grote mensen genoeglijk met elkaar staan te klinken. Zo’n moment dat de laatste zich een vreemde eend in de bijt en een kat in een vreemd pakhuis voelt.
Kat en eend krijgen geen kans.
‘Anne!’ Tienstemmig enthousiasme waar geen Herman van Veen met zijn baby tegenop kan.
Mijn hart spat uit elkaar, ik ben terug in de tijd dat zij mijn grootste liefde waren, kinderen van 6,7,8,9,10,11,12. Zes jaar waren ze mijn kinderen. Nu zijn ze zowat middelbaar, dat is niet waar, want wat ben ik dan zelf wel/niet? En wie is wie?
Ik ben blij met het kampvuur als brandpunt van ontmoeting, zo hebben we allemaal tijd nodig om te zien wie schuilt in het schaduwspel van levend vuur. Het is goed dat een mens een stem heeft, die verandert nauwelijks.
Ik hoor Marieke, Koen, Esther, Joyce, Hannelore, Stephan, Hans Rochus, Onno, Lukas, Natascha, Judy, Marije en er zijn er nog meer… en dan die beroepen! Die zaten er toen al in: schooldirectrice, verzekeringsman, huisarts, ICT-er, acteur, cameraman, filmer, danser, fysiotherapeut, nog een arts, nog een cameraman, nog een acteur, maar die is er niet – is dit een film?

Uit de keuken klinkt een roep, we mogen naar binnen! Geruislozer en sneller dan weleer nemen we plaats aan een van de gedekte tafels. Vrij en blij vertelt ons gastpaar met soepele armgebaren dat er drie gangen zijn en dat we na elke gang met ons bestek en het volgende bordje van plaats moeten wisselen.
We beginnen met een amuse waarvan niemand weet hoe die de mond in moet, een groot uitgevallen blauwe pruim of tomaat waar alles in en om zit. En dan blijkt dat we in het bos hutten gebouwd hebben, toneelstukken hebben verzonnen, circus hebben gespeeld, liedjes gezongen zo vals als de nacht en zo helder als glas, we kennen elkaar van haver tot gort, ieder neemt tot zich op eigen manier, in brokjes, likjes, hapjes of hap slik… heerlijk! Wat een kokkin!

Verhalen komen los, verbaasd en weemoedig, verheugd enthousiast. Hoe de school begon in het bos en groeide van gebouw naar groter gebouw tot heel Nijmegen erop zat. Het gaat verder dan anekdotes. Er is aanwezigheid in elke herinnering, geen vlakke praatjes, geen praten over, dit is een beleving waar ik kippenvel van krijg, ons samenzijn blaast zelfs de doden leven in…

Het wisselen van plaats is nog niet zo simpel. Aan de volgende tafel zitten we met dezelfde groep. Lachend husselen we ons door elkaar tot iedereen anders zit. Behalve mijn man. Jawel, die is mee. Hij zit geworteld in zijn lekkere stoel met steeds andere persoonlijkheden om zich heen en amuseert zich opperbest. We zouden om half negen terug naar Hoorn voor de verjaardag van buurman, het is twee uur voor we thuis zijn.

Het hoofdgerecht wordt opgediend in drie tazjines, vis, vlees en vegetarisch, daarbij saladeschotels als schilderijen. Het kan niet op.
Aan onze tafel komt het gesprek op het meisje/de vrouw die er vanavond niet bij is. Met een typerend voorval wordt ze herinnerd, de keer dat zij op 1 april voor juf speelde achterin de klas, iedereen achterstevoren op de stoel. Stilte valt. We missen haar. Begrijpen haar. Woordloos. En dan gebeurt het wonderbaarlijke. In de schaal van aandacht wordt geput uit eigen ervaringen waarin het leven naar binnengericht was om uitdagingen het hoofd te bieden. Het leven is niet zo gladjes als het soms lijkt aan de buitenkant. Ik smelt van de openheid, luistervaardigheid en het vertrouwen. Dit zijn de kinderen die voor altijd in mijn hart zitten, dit zijn de mensen die elkaar voorgoed in hun hart dragen.
Mijn hart waaiert almaar wijder open.

Tijd voor de volgende wissel.
Het toetje komt vlammend binnen, ijs met vuurwerk.
Nu zit ik naast een man met ogen die niets ontgaan, de ogen van het jongetje dat zo broos en transparant was dat hij wekelijks in een warm bad met honing moest om steviger te worden.
‘Ik heb je boek bijna uit.’
Hij kijkt me aan als een wijze vader zijn dochter die net bevallen is. Mijn hart bonst.
‘Ik lees niet vaak romans en ik moest er even inkomen, maar ik ging door omdat jij mijn juffie was. Ineens zat ik er helemaal in en ik vind het prachtig, zo mooi en echt ongelooflijk knap hoe de geest van het ene hoofdstuk naar het andere overgaat, heel mooi geschreven. Ik leer er ook nog van, de enigma’s van Herakleitos…’
Mijn hart zet wereldomvattend uit. Ik houd van iedereen die ooit heeft bestaan en zal bestaan.

Het is tijd om te gaan. Het gastpaar begeleidt ons naar de deur met een uitsmijter.
‘Nog wat leuks Anne. Ons zoontje was toch zo benieuwd naar de juffie van mama. Hij stond dus bij de deur om haar niet te missen. Toen iedereen binnen was, kwam hij teleurgesteld naar me toe ‘ik dacht dat jouw juffie kwam!’. Ik wees naar jou. ‘Die??? Maar die is even oud als iedereen!”

Ik vouw mijn hart naar binnen en tel mijn zegeningen.

Deel dit bericht:

Eva Terra Incognita

Eva Terra Incognita
Te bestellen bij de boekhandel

Sophie - Genius Loci

Sophie - Genius Loci
Te bestellen bij de boekhandel

20 reacties

  1. Ha die Anne! Je gebruikt je hart als een landkaart, je vouwt hem open en weer naar binnen.
    De zegeningen staan er op en iedereen heeft inzage. Wat een mooie eigenschap. Je vaart niet blindelings op de tomtom, maar gebruikt je eigen pure navigatiesysteem. Love you!

  2. Wat mooi!!!! En zo herkenbaar! Zulke gevoelens had ik vorig jaar, toen ik bij de reünie mijn oud-leerlingen na zoveel jaar weer terugzag. Ontroerend dat je dit zo treffend kunt beschrijven.

    1. Daar ben je! Juffie van de echtgenoot 🙂 Leukleukleuk!!!
      En wat mooi dat jij dat ook had! Natuurlijk had je dat!
      Bijzonder hè om ‘onze kinderen’ terug te zien, en onszelf door hun ogen…
      Wat hebben we ‘daar en toen’ een geweldige basis voor de rest van ons leven ontvangen en gebouwd…

  3. Al weer een fantastisch verhaal. Begrijp ik goed dat je juffie was op een Vrije School? Mijn oudste zat in Zeist en alleen van daar ken ik de term juffie?
    Dit tot mij doorlaten dringend, passen wel alle kleuren bij elkaar die jij uitdraagt. Genoten van het lezen en alle warmte in het verhaal. Dankjewel.

    1. Zeist! Daar heb ik menige bijscholing gevolgd, dat was wel nodig natuurlijk 😉
      En zo knopen onze draadjes almaar mooier in elkaar Athy!

  4. zoveel te genieten in je ontmoeting met toch wel dierbaren…,) tel je zegeningen komt bij me op…en dat doe je in volle overtuiging…zo lees ik dit kostbare bovenstaande gebeuren …;)

  5. Ik heb gesmuld van deze blog! natuurlijk op face boek gezocht naar foto’s.
    Wat een verrassing al die ‘kinderen’ van toen, zo bijzonder, zo authentiek, stuk voor stuk geweldige jonge mensen in de bloei van hun leven, en jij als ‘jonge’ juffie daar midden in!
    Koester alle herinneringen aan die tijd in Nijmegen….

    1. Goedemorgen Gijs,
      dat is leuk aan terugblikken – alles verdiept zich…
      ik heb even overwogen wat foto’s van toen te plaatsen, maar kreeg het niet voor elkaar op mijn nieuwe Apple… en fantasie is soms nog mooier 😉

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *